De levensloopregeling en de spaarloonregeling zouden in 2013 worden geïntegreerd tot de vitaliteitsregeling. Deze regeling zou werknemers helpen om een bedrag opzij te zetten voor een studie of een deeltijdpensioen bijvoorbeeld. De vitaliteitsregeling werd echter begin oktober 2012 geschrapt.

 

Wat is de vitaliteitsregeling?

Het idee achter de vitaliteitsregeling was dat werkgevers, werknemers, ondernemers of zzp-ers jaarlijks maximaal 5000 euro opzij mochten zetten op een daarvoor speciaal bestemde rekening. Het bedrag mocht van de belasting afgetrokken worden in box 1, het inkomen uit loon of werken. Op de rekening mocht maximaal 20.000 euro staan en dat bedrag zou belastingvrij zijn. Geld van de rekening mocht worden opgenomen, maar er moest wel belasting over betaald worden. Het geld opnemen mocht op ieder moment.

Nadelen vitaliteitsregeling

Aan de vitaliteitsregeling zaten een aantal voorwaarden die het moeilijk maakten om het spaargeld te gebruiken voor het pensioen. Het maximale spaarbedrag van 20.000 euro was expres laag gehouden. Daarnaast mocht een rekeninghouder na zijn 62e verjaardag nog maar 10.000 euro per jaar opnemen.

Voordelen vitaliteitsregeling

Iedereen zou vrij zijn om een vitaliteitsregeling te openen: werknemers, werkgevers, ondernemers en zzp-ers. Freelancers en zzp-ers konden eerder niet deelnemen aan de spaarloon- en levensloopregeling, omdat de inleg door de werkgever op het loon werd ingehouden. Bij de vitaliteitsregeling legde de spaarder zelf in en die inleg mocht van de inkomstenbelasting worden afgetrokken. Er zou meer geld gespaard mogen worden dan mogelijk was in de spaarloonregeling en het geld zou vrij opneembaar zijn. Een deel van het opgenomen geld kon gebruikt worden om een opleiding te volgen, schulden af te lossen, een auto te kopen of bijvoorbeeld een wereldreis te maken.

Zoals eerder vermeld is de vitaliteitsregeling uiteindelijk geschrapt. Waar je als werkgever wél rekening mee moet houden in 2021, is de afloop van het overgangsrecht van de levensloopregeling.

 

Wat is de levensloopregeling?

Via de levensloopregeling konden werknemers een deel van hun brutosalaris sparen om eerder met pensioen te gaan. Vanwege de vergrijzing in Nederland werd de levensloopregeling op 1 januari 2012 afgeschaft. Er werd een overgangsregeling geïntroduceerd; voor mensen die voor 1 januari 2012 deelnamen aan de levensloopregeling, gold een overgangsrecht. Dit overgangsrecht eindigt op 31 december 2021. Met dit recht kunnen werknemers belastingvrij blijven sparen tot uiterlijk 31 oktober 2021.

Waar moet je als werkgever rekening mee houden in 2021?

2021 is het laatste jaar waarin een medewerker die al aan de regeling meedoet, nog inleg kan doen van de premie. In 2022 bestaat de regeling niet meer. Dit betekent dat de regeling na 2021 vrij valt en direct wordt uitgekeerd. Heb je medewerkers in dienst die van de regeling gebruik maken? Zorg er dan voor dat ze na gaan denken over de manier waarop de regeling geldelijk moet worden gemaakt.

In 2021 heb je nog de keuze om het maandelijks uit te laten keren of er mee te stoppen en alles in een keer uit te laten keren. Na 31-12-2021 heb je deze keuze niet meer.

Tip! Kijk hier het eindejaarswebinar van Salure terug. Hierin bespreken we wat je als werkgever precies moet weten over de levensloopregeling.