Wanneer uw werknemer zijn privé-auto gebruikt voor een beroepsdoeleind, pas dan op met het vergoeden van de onkosten. Bij een totale kostendekking is er namelijk sprake van een verkapte auto van de zaak. Dit wilt u als werkgever uiteraard voorkomen.
In een situatie waarbij uw werknemer met zijn eigen auto zakelijk reist, is uw onderneming gemachtigd om € 0,19 per kilometer onbelast te vergoeden. Zodra de onderneming meer wilt vergoeden, zal dit bij het loon van de desbetreffende werknemer moeten worden opgeteld en daarover tevens belast worden.
Totale kostendekking betekent bijtelling
Op het moment dat uw onderneming (bijna) de volledige autokosten van de werknemer op zich neemt, heeft dit tot gevolg dat de auto valt onder een auto van de zaak. Denk bij complete kostendekking bijvoorbeeld ook aan parkeergelden, onderhoudskosten of een hogere kilometervergoeding. Wanneer u als onderneming deze kosten op zich neemt, wordt dit gezien al een verkapte auto van de zaak. U bent dan verplicht een bijtelling voor privégebruik bij het belaste loon van de werknemer op te tellen.
Extra kosten
De hoogte van de bijtelling hangt af van de cataloguswaarde van de auto. Een niet-zuinige auto met een cataloguswaarde van € 34.000, betekent een bijtelling van 25% van de cataloguswaarde op jaarbasis. Oftewel, een maandelijks bedrag van € 708,33 dat uw werknemer extra aan loonbelasting/premie volksverzekeringen zal moeten betalen. Uw onderneming loopt tevens tegen een aanzienlijke ongewenste kostenpost aan. U moet dan tot en met het maximumpremie- en -bijdrageloon van € 50.853 per jaar, premies werknemersverzekeringen en werkgeversheffing Zorgverzekeringswet over de bijtelling afdragen. Om dit te voorkomen is helderheid binnen de administratie gewenst. Salarisadministrateurs horen hierop alert te zijn en in te grijpen wanneer blijkt dat er meer dan de gebruikelijke onkosten van de eigen auto in de resultatenrekening worden opgenomen.